Uw werknemer heeft door zijn werk dubbele huisvestingskosten. Wat zijn de mogelijkheden binnen de werkkostenregeling voor het vergoeden van deze dubbele kosten?
Bijvoorbeeld omdat het een tijdelijk project betreft of omdat de werknemer nog in zijn wettelijke proeftijd zit.
Mocht u de vrijstelling voor ‘tijdelijk verblijf’ niet langer kunnen toepassen, dan kunt u ervoor kiezen om de tijdelijke verblijfkosten onder te brengen in de vrije ruimte.
Daarnaast is er ook een gerichte vrijstelling voor extraterritoriale kosten wanneer uw werknemer voor zijn werk tijdelijk verblijft in het buitenland.
Is sprake van huisvesting op de werkplek dan woont uw werknemer elders, maar hij moet voor zijn werk wel gebruikmaken van de huisvesting. Denk bijvoorbeeld aan een werkplek aan boord van een schip of op een boorplatform of de slaapdiensten in een gezinsvervangend tehuis. Deze huisvesting mag u onbelast aan uw werknemer ter beschikking stellen.
Als niet aan de voorwaarden wordt voldaan dan moet u een normbedrag toepassen voor huisvesting op de werkplek van € 5,40 per dag. Dit bedrag rekent u tot het loon van uw werknemer.
Stelt u een woning aan uw werknemer ter beschikking of vergoedt u de kosten van de woning dan is dit loon van de werknemer. Voor de waarde hiervan gaat u uit van de huurwaarde in het economische verkeer, oftewel de huur die zou moeten worden betaald als de woning zou worden verhuurd.
Is sprake van een dienstwoning (het gebruik van de woning is vereist voor een behoorlijke vervulling van de dienstbetrekking) dan is ook deze terbeschikkingstelling of vergoeding loon voor de werknemer. Denk aan de portierswoning, de woning van de brugwachter of de pastorie. Voor de waarde hiervan gaat u uit van de huurwaarde van de woning in het economische verkeer met een maximum van 18% van het jaarloon van de werknemer bij een 36-urige werkweek.
Bedraagt de vaste arbeidsduur minder dan 36 uur per week dan moet u het loon herrekenen tot 36 uur.