Niet eerder brachten zoveel Nederlanders hun auto voor een onderhoudsbeurt naar de garage.
In 2016 nam het aantal beurten met 1,5 miljoen toe ten opzichte van het jaar daarvoor. Dat is een stijging van 11 procent.
In totaal vonden 15,6 miljoen onderhoudsbeurten plaats, blijkt uit cijfers van RAI Vereniging en BOVAG. De brancheorganisaties spreken van een ‘noodzakelijke inhaalslag’ na de crisisjaren waarin veel minder aandacht was voor onderhoud.
Bertho Eckhardt, algemeen voorzitter van de BOVAG: “Automobilisten beknibbelen nu een stuk minder op onderhoud. En daarmee op hun eigen en andermans veiligheid. Die inhaalslag was in meerdere opzichten ook wel echt nodig: in 2011 werd aan ruim 1 op de 5 auto’s geen onderhoud gepleegd. Deze reden wel op de weg en dat was geen prettig idee.”
RAI Vereniging voorzitter Steven van Eijck wijst ook op de verkeersveiligheid: “Goed onderhoud is essentieel voor een auto en daar moet je als eigenaar niet mee wachten. Niet alleen om pech langs de weg te voorkomen, maar vooral ook voor de verkeersveiligheid. En om ervoor te zorgen dat deze aan de milieueisen blijft voldoen.”