Skip to main content
Category

nieuws

Hogere lijfrenteaftrek vanaf 2023

By nieuws

Vanaf 2023 heeft u de mogelijkheid om een hoger bedrag aan lijfrentepremie in aftrek te brengen in uw aangifte inkomstenbelasting. Dit is een van de afspraken die in de nieuwe Wet toekomst pensioenen staat.

Pensioenakkoord

Golf

In de Wet toekomst pensioenen (WTP) staan de afspraken uit het Pensioenakkoord. Met de inwerkingtreding van deze wet op 1 juli 2023 is ook de mogelijkheid geïntroduceerd om een hoger bedrag aan lijfrentepremies in aftrek te brengen. 

Tip! Mensen in loondienst, zelfstandigen en gepensioneerden kunnen door de WTP fiscaal voordelig extra pensioen opbouwen.

Lijfrenteaftrek bij pensioentekort

Als sprake is van een pensioentekort, kunt u betaalde lijfrentepremies in aftrek brengen in uw aangifte inkomstenbelasting. Aftrek is mogelijk tot maximaal uw jaarruimte en reserveringsruimte.

1. Hogere jaarruimte vanaf 2023

De jaarruimte in een jaar berekende u in 2023 in eerste instantie door 13,3% van de zogenaamde premiegrondslag te nemen. Dit percentage van 13,3% is met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2023 verhoogd naar 30%.

De premiegrondslag 2023 is het bruto-inkomen in 2022 (met een maximum van € 128.810) verminderd met de zogenaamde AOW-franchise (€ 13.646).

Op het bedrag van 30% van de premiegrondslag moet u nog uw pensioenaangroei uit 2022 in mindering brengen. 

Let op! De pensioenaangroei wordt berekend volgens een wettelijk vastgestelde berekening. Als u volgens deze berekening in 2022 meer pensioenaangroei had dan 30% van de premiegrondslag, heeft u volgens de wettelijke bepalingen geen pensioentekort. U heeft dan geen jaarruimte en kunt ook geen lijfrentepremies in aftrek brengen.

Tip! Door de verhoging van het percentage van 13,3% naar 30% komt u nu eerder in aanmerking voor lijfrenteaftrek.

2. Meer jaren én hogere reserveringsruimte vanaf 2023

Benut u (een deel van) uw jaarruimte niet, dan wordt dit opgeteld bij uw reserveringsruimte. De reserveringsruimte bedroeg in 2023 in eerste instantie de niet benutte jaarruimten in de zeven voorafgaande jaren. Dit is nu verruimd naar de niet benutte jaarruimten in de tien voorafgaande jaren.

De maximaal in een jaar te gebruiken reserveringsruimte is vanaf 2023 ook verhoogd, en wel naar € 38.000.

3. Lijfrenteaftrek ná AOW-leeftijd vanaf 2023

Voorheen was aftrek van lijfrentepremie na het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd niet meer mogelijk. U kunt nu echter wel tot vijf jaar ná het bereiken van de AOW-gerechtige leeftijd lijfrentepremies in aftrek brengen.

Tip! Heeft u vragen over de fiscale mogelijkheden in uw situatie? Neem dan contact op met een van onze adviseurs.

Energielijst 2023 voor EIA uitgebreid

By nieuws

De Energielijst voor 2023 wordt uitgebreid met een drietal projecten in het kader van de energietransitie. Op de Energielijst staan investeringen waarvoor bedrijven, verenigingen of stichtingen de energie-investeringsaftrek (EIA) aan kunnen vragen.

EIA

Tractor

De EIA is een fiscale regeling waarbij u een deel van de kosten van investeringen die u heeft gedaan en die op de Energielijst staan, extra kan aftrekken van de winst. Voor 2023 bedraagt dit aftrekpercentage 45,5% van die investeringskosten.

Extra projecten

De drie extra projecten betreffen projecten inzake warmte-infrastructuur, opties voor energiebesparing voor de glastuinbouw en projecten inzake het afvangen en opslaan van CO2. Voor de projecten is geen extra budget beschikbaar. De dekking wordt binnen de EIA gezocht.

Evaluatie

Dit plan komt naar voren in de kabinetsreactie op de evaluatie van de EIA. Uit de evaluatie blijkt dat de EIA een doelmatig instrument is, maar volgens het kabinet op punten dient te worden bijgestuurd. 

Verlaging EIA in 2024

Omdat het aantal aanvragen voor de EIA en de ermee gepaard gaande investeringsbedragen toenemen, zal volgend jaar het percentage van de EIA verlaagd worden. Dit bedraagt nu dus nog 45,5%. Wat het nieuwe percentage wordt, is nog niet bekend.

Ook zal het maximuminvesteringsbedrag verlaagd worden dat voor de EIA in aanmerking komt. Dit bedraagt nu € 136 miljoen. Verder wordt bekeken in hoeverre de EIA meer te richten is op middenbedrijven.

Handhaving

Het demissionaire kabinet wil de EIA tot in ieder geval 2029 handhaven. Er wordt onderzocht of de EIA als subsidie kan worden verstrekt in plaats van een fiscale aftrek. 

Automotive behaalt opnieuw stevige winstgroei

By nieuws

De automotive heeft wat betreft winstontwikkeling opnieuw een uitstekend jaar achter de rug. De levering van chips en andere auto-onderdelen komt weer op gang en er is een inhaalslag in de nieuwverkoop mogelijk, terwijl de prijzen van auto’s zijn gestegen. Ook heeft de branche de kosten relatief goed onder controle.

Dit komt naar voren uit het nieuwe SRA-Rapport ‘Branches in Zicht 2023, de harde cijfers van Nederlandse ondernemingen’.

Bovengemiddelde winstgroei

De omzet in de automotive is in 2022 met bijna 8% gegroeid, min of meer in lijn met het voorgaande jaar. Daarmee bleef de branche achter bij het mkb-gemiddelde van 13,1%. De winstontwikkeling was echter opnieuw sterk: ruim 20% groei, tegenover gemiddeld slechts 1,5% voor het mkb. Verder steeg de brutomarge voor de automotive met 7,6%, ongeveer gelijk aan het voorgaande jaar.

Gelijkmatiger verdeeld

De verschillen binnen de branche waren iets minder uitgesproken dan in het voorgaande jaar. Zo zag ruim 54% van de ondernemers de winst gelijk blijven of groeien. Ook nam het aandeel van bedrijven met een zeer sterke winstdaling af en zeer sterke winststijgingen waren er eveneens minder. De groei was al met al wat gelijkmatiger verdeeld.

Sterk herstel gespecialiseerde reparatie

Binnen de automotive lieten vooral ondernemers die zich richten op gespecialiseerde reparaties, zoals carrosserieherstel, een sterke winstontwikkeling zien. In 2021 hadden zij het nog relatief zwaar, mede doordat mensen als gevolg van thuiswerken en corona minder de weg opgingen. De omzetgroei was vooral sterk bij de handel in auto-onderdelen en -accessoires. 

Branches in Zicht Automotive

Kosten onder controle

De bedrijfskosten zijn vorig jaar met 4% gestegen; opnieuw een kleinere toename dan voor het mkb als geheel (bijna 14%). De verkoopkosten (onder meer voor promotie en showrooms) zijn na twee opeenvolgende jaren van dalingen met bijna 3% gestegen. De personeelskosten zijn met 4,6% iets sterker toegenomen dan een jaar eerder, maar veel minder sterk dan in het mkb als geheel (10,2%). Vorig jaar werden de personeelskosten in de automotive nog sterk gedrukt door de administratieve verwerking van de NOW-regeling. De loonkosten kwamen in het afgelopen jaar 1% hoger uit, tegen 1,8% in 2021.

Financiële positie verbetert

De financiële positie van bedrijven in de automotive is verbeterd. Uit de analyse van SRA-BiZ blijkt dat het percentage ondernemingen dat aan de financiële verplichtingen kan voldoen (een PD-rating <1%), is uitgekomen op ruim 83, tegen bijna 79 een jaar eerder. De branche doet het daardoor nu beter dan het mkb-gemiddelde, dat verslechterde van ruim 86% naar bijna 78%.

Welk btw-tarief geldt voor plastic wegwerpverpakkingen?

By nieuws

Sinds 1 juli van dit jaar mogen ondernemers wegwerpverpakkingen van plastic niet meer gratis aanbieden. De wegwerpverpakking moet in rekening worden gebracht bij de klant en apart op de kassabon worden vermeld. Ook moet er btw over de wegwerpverpakking worden berekend.

Wegwerpplastic

Horeca

De nieuwe regeling komt voort uit de Europese richtlijn Single Use Plastics (SUP). Op deze manier probeert men het gebruik van wegwerpplastic te verminderen. Behalve het apart in rekening brengen van wegwerpplastic, moet een ondernemer ook een alternatieve optie aanbieden waarbij geen gebruik van wegwerpplastic wordt gemaakt.

Welk btw-tarief?

Het btw-tarief dat voor de wegwerpverpakking geldt, volgt het product dat erin verpakt wordt. Zo moet voor een plastic beker met bier het tarief van 21% worden berekend, terwijl voor een plastic bakje voor patat het lage tarief van 9% geldt.

Richtlijn bedrag

Ondernemers mogen zelf weten welk bedrag ze voor een plastic verpakking in rekening brengen. De overheid heeft hiervoor wel een richtlijn gegeven. Voor een plastic beker is dit € 0,25, voor een verpakking voor een maaltijd € 0,50 en voor voorverpakte kleine porties groenten en dergelijke € 0,05.

In 2022 sterke omzet- en winstontwikkeling in transport en logistiek

By nieuws

De logistieke branche heeft met geopolitieke onrust, sterk gestegen prijzen en een zeer krappe capaciteit opnieuw een bijzonder jaar achter de rug. Dankzij de sterke vraag in combinatie met krapte op de markt hebben veel ondernemers hun hogere kosten goed kunnen doorberekenen. Dit heeft geresulteerd in een sterke ontwikkeling van zowel de omzet als de winst in 2022.

Dit blijkt uit het nieuwe SRA-Rapport ‘Branches in Zicht 2023, de harde cijfers van Nederlandse ondernemingen’.

Recordontwikkeling omzet

In de logistieke branche is de omzetontwikkeling in 2022 met 21,5% op jaarbasis aangetrokken, na een groei van bijna 12% in het voorgaande jaar. De omzetontwikkeling over 2022 is de sterkste ooit in het onderzoek van SRA-BiZ en ook beter dan het mkb-gemiddelde van ruim 13%. Hierbij moeten we wel rekening houden met de impuls van de gestegen prijzen.

Ook recordgroei winst en brutomarge

Ook de winst en de brutomarge voor de logistieke branche zijn in het onderzoek van SRA-BiZ niet eerder zo sterk gestegen als in 2022. De winstgroei kwam uit op 33,5%, tegenover 17,1% in 2021. Het mkb bleef steken op gemiddeld 1,5% winstgroei. De brutomarge groeide in de logistieke branche met 22%, terwijl dat een jaar eerder nog ruim 7% was. Het mkb-gemiddelde lag met 10% flink lager.

Binnen de branche waren de verschillen wel groot. Per saldo zag ruim 55% van de ondernemers de winst stabiliseren of toenemen. Bij bijna 36% van de transporteurs steeg de winst met 50% of meer, maar bijna 22% zag de winst juist met 50% of meer afnemen.

Vervoer over water presteert sterk

De omzet is in 2022 vooral gegroeid in de binnenvaart (vracht-, tank- en sleepvaart), die het in 2021 nog moeilijk had. Ook het vervoer over de weg behaalde een omzetstijging, maar minder sterk dan het vervoer over water. Hetzelfde geldt voor de winstontwikkeling. Die is in bijna alle deelbranches (met uitzondering van het personenvervoer over de weg) positief, maar veruit het sterkst voor het vervoer over water.

Branches in Zicht Logistiek

Fors hogere kosten

De bedrijfskosten zijn in de branche als geheel in 2022 per saldo met ruim 19% gestegen, versus een stijging van bijna 7% een jaar eerder en een stijging van bijna 14% voor het mkb als geheel in 2022. De personeelskosten (een belangrijke kostenpost in de logistieke branche) stegen met ruim 18%, ten opzichte van bijna 3% een jaar eerder. Het mkb-cijfer bedroeg iets meer dan 10%. De loonkosten zijn 13,6% hoger uitgekomen, tegenover een stijging van bijna 3% een jaar eerder. 

Lichte verbetering financiële positie

De financiële positie van bedrijven in de logistieke branche is verder verbeterd. Uit de analyse van SRA-BiZ blijkt dat het percentage ondernemingen dat aan de financiële verplichtingen kan voldoen (een PD-rating <1%), is uitgekomen op ruim 88, tegenover bijna 85 een jaar eerder. Hiermee doet de branche het nu ruim beter dan het mkb-gemiddelde, dat verslechterde tot bijna 78%.

Aanvragen uitzondering voor grensoverschrijdende telewerkers

By nieuws

In het buitenland wonende werknemers die werken voor een in Nederland gevestigde werkgever, kunnen bij de SVB een uitzonderingspositie aanvragen voor de sociale verzekeringen wanneer zij telewerken. Onder voorwaarden kunnen zij zich dan in Nederland verzekeren in plaats van in het woonland. De SVB heeft het aanvraagloket op 5 juli 2023 opengesteld.

Sociaal verzekerd in werkland

Kantoor

Voor de sociale verzekeringen geldt als hoofdregel dat een werknemer sociaal verzekerd is in het land waar hij werkt. Daarbij geldt dat in beginsel tot 25% van de arbeidstijd in het woonland gewerkt mag worden. 

Nieuwe afspraken

In coronatijd waren er veel grensarbeiders die meer dan 25% van hun arbeidstijd in het woonland werkten. Voor hen was daarvoor een tijdelijke uitzonderingsmaatregel getroffen. Deze is per 1 juli 2023 komen te vervallen. Om telewerkers toch tegemoet te komen, zijn er onlangs door EU-landen nieuwe afspraken gemaakt en vastgelegd in een Kaderovereenkomst

Voorwaarden

Er gelden voorwaarden om in aanmerking te komen voor de uitzondering. Een van de voorwaarden is dat de telewerker maximaal 50% van de arbeidstijd in het woonland werkt, ofwel er moet ten minste 50% van de arbeidstijd in Nederland worden gewerkt.

Nu aanvragen

Grensarbeiders die telewerken en die gebruik willen maken van de uitzonderingspositie, kunnen vanaf heden bij de SVB een digitaal aanvraagformulier voor genoemde uitzonderingspositie aanvragen. Dit kan ook via de werkgever. 

Let op! Omdat de SVB niet alle aanvragen direct kan afhandelen, kan terugwerkende kracht worden verleend voor maximaal één jaar. Dit betekent dat een aanvraag uiterlijk nog tot 1 juli 2024 kan worden ingediend.

Hogere prijzen gaven de detailhandel in 2022 een groei-impuls

By nieuws

De detailhandel heeft een jaar van groei achter de rug. Dit komt deels door hogere prijzen in verband met de inflatie, maar ook doordat in 2021 nog coronamaatregelen van kracht waren. Opnieuw waren de verschillen binnen de branche groot. Verder zien we dat de verkoopvolumes in de branche onder druk staan, doordat consumenten selectiever geld uitgeven.

Dit komt naar voren uit het nieuwe SRA-Rapport ‘Branches in Zicht 2023, de harde cijfers van Nederlandse ondernemingen’.

Inflatie stuwt omzet op

De detailhandel heeft de omzet in 2022 met ruim 6% zien toenemen, tegenover een groei van 5,3% een jaar eerder. Dit hangt voor een deel samen met de inflatie, die in 2022 met gemiddeld 10% een recordhoogte bereikte. Wat ook een rol speelde, was dat 2021 in het teken stond van een aantal harde coronalockdowns, die vooral non-foodwinkels raakten. Medio januari 2022 kwam daar een einde aan, dus fysieke winkels konden hun deuren dit keer bijna het hele jaar openhouden.

Grote verschillen in winst

De winstgroei in de detailhandel is volgens de cijfers van SRA-BiZ in 2022 uitgekomen op ruim 10%, ten opzichte van 22,5% in het voorgaande jaar. Daarmee deed de branche het aanzienlijk beter dan het mkb-gemiddelde, dat bleef steken op 1,5%. De verschillen binnen de detailhandel waren echter aanzienlijk. Aan de ene kant zag bijna 28% van de retailers de winst met 50% of meer toenemen, anderzijds moest meer dan de helft (53,3%) juist een winstdaling accepteren. In bijna 28% van de gevallen ging het zelfs om een krimp van 50% of meer. 

Non-food blinkt uit

Het waren binnen de detailhandel vooral de voedingsmiddelenwinkels die de winst in het afgelopen jaar zagen dalen. Hogere prijzen zorgden in dit deelsegment over het algemeen wel voor oplopende omzetten. Kledingwinkels lieten een behoorlijke omzet- en winstgroei zien, net als doe-het-zelf- en fietszaken. Winkels in optische artikelen trokken hun omzet- en winstgroei door, waarbij vooral de winstontwikkeling sterk was. 

Branches in Zicht Detailhandel

Goed jaar fysieke winkels

Als we onderscheid maken tussen fysieke en webwinkels, dan blijkt de omzet van online in 2022 te zijn gekrompen ten opzichte van een jaar eerder, terwijl ‘stenen’ winkels juist een omzetgroei laten zien. Bij de winstontwikkeling is het beeld hetzelfde: een behoorlijke daling voor het onlinesegment, maar per saldo een sterke groei voor de fysieke winkels.

Relatief beperkte groei bedrijfskosten

De personeelskosten zijn in de detailhandel in 2022 met 3,8% gestegen, tegenover 3,4% in 2021. De stijging is veel minder sterk dan in het mkb als geheel (10,2%). De loongroei is uitgekomen op 3,5%, tegenover 5,4% in het mkb. Per saldo zijn de bedrijfskosten iets sterker gestegen dan in 2021: 5,3% tegenover 4,5%. In vergelijking met het mkb-cijfer van bijna 14% valt dit alleszins mee. 

Kredietwaardigheid verslechterd

De financiële positie van bedrijven in de detailhandel is duidelijk verslechterd. Uit de analyse van SRA-BiZ blijkt dat het percentage ondernemingen dat aan de financiële verplichtingen kan voldoen (een PD-rating <1%), is uitgekomen op ruim 79, tegen bijna 86 een jaar eerder. De branche presteert daarmee iets beter dan het mkb-gemiddelde, dat behoorlijk verslechterde tot bijna 78%.

Rechter verlaagt schadevergoeding in WOZ-zaak

By nieuws

Als u het met een beslissing van de fiscus niet eens bent, kunt u in bezwaar en beroep. Duurt de uitspraak langer dan redelijkerwijs verondersteld mag worden, dan heeft u recht op een schadevergoeding. Hoeveel bedraagt deze schadevergoeding?

Schadevergoeding

Handen

De schadevergoeding is bedoeld als compensatie voor de lange wachttijd en de daarmee samenhangende spanning en frustratie. In het verleden heeft de Hoge Raad de regels rondom een schadevergoeding bepaald. Voor wat betreft de hoogte is deze vastgesteld op een vergoeding van € 500 per half jaar termijnoverschrijding of een gedeelte van een half jaar.

Rechtbank wijkt af

 De rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft de omvang van deze schadevergoeding in een uitspraak eigenhandig verlaagd. Het betrof een zaak waarin de waarde van een onroerend goed werd betwist. In deze zaak bepaalt de rechtbank de schadevergoeding op € 50 per half jaar. Als reden geeft de rechtbank aan dat in WOZ-zaken het financiële belang in de regel minder is dan een bedrag van € 500 en de veronderstelde spanning en frustratie een vergoeding tot ten hoogste € 50 per half jaar overschrijding rechtvaardigt.

Vooruitlopend op mogelijke wetswijziging

De rechtbank loopt met de uitspraak vooruit op voorgenomen wetswijzigingen. Onlangs maakte staatssecretaris Van Rij namelijk bekend het aantal WOZ-bezwaren en beroepen te willen verminderen. Een van de mogelijke maatregelen die de staatssecretaris aangaf te overwegen, is het niet langer uitkeren van een schadevergoeding voor immateriële schade in WOZ- en bpm-zaken.

Toekomst onduidelijk

Het is nog niet bekend of tegen de uitspraak hoger beroep wordt aangetekend. Onduidelijk is verder of ook andere rechters het voorbeeld van de rechtbank zullen volgen. Rechtbank Oost-Brabant kende vier dagen na de uitspraak in een WOZ-zaak nog het normale tarief van € 500 toe.

Zeer sterke winst- en omzetgroei voor de horeca in 2022

By nieuws

De horeca heeft na het verdwijnen van de coronamaatregelen een sterk herstel laten zien. De branche zag de omzet en de winst in 2022 stevig versnellen, ondanks de hard gestegen kosten. Toch zijn er ook zorgen, want de kredietwaardigheid is behoorlijk afgenomen.

Dit blijkt uit het nieuwe SRA-Rapport ‘Branches in Zicht 2023, de harde cijfers van Nederlandse ondernemingen’.

Omzetgroei breed gedragen

De horeca zag zich in 2021 geconfronteerd met lockdowns, maar vanaf medio januari 2022 konden de deuren weer als vanouds open. Ondanks een tanend consumentenvertrouwen, druk op de koopkracht en prijsverhogingen wisten consumenten de branche weer goed te vinden. De omzet liep op met 39%, tegenover gemiddeld 13,1% omzetgroei voor het mkb.
De omzetverbetering in de horeca werd breed gedragen: het aandeel van bedrijven met een stabiele of hogere omzet nam opnieuw toe, van bijna 82% naar ruim 89%. Bijna 37% van de horecaondernemers zag de omzet in 2022 zelfs met 50% of meer stijgen.

Sterke stijging brutomarge

De winstontwikkeling wist gelijke tred te houden met de omzetgroei. In 2022 kwam de winstgroei uit op bijna 34%, tegenover slechts 1,5% gemiddeld in het mkb. De brutomarge steeg met bijna 40%, tegenover een stijging van ruim 16% een jaar eerder. De onderlinge verschillen binnen de branche waren echter opnieuw groot. Iets meer dan de helft van de ondernemers (ruim 51%) zag de winst gelijk blijven of toenemen en dan ging het relatief vaak om een sterke groei van 50% of meer. Bijna 49% van de horecaondernemers moest het dus doen met een winstdaling. Voor ruim 31% van de bedrijven ging het zelfs om een krimp van 50% of meer.

Hotels en cafés blinken uit

Binnen de horeca lieten alle deelbranches in 2022 een groei zien, zij het dat die niet overal even groot was. De omzetontwikkeling was vooral sterk bij hotels en cafés. Ook restaurants deden het wat betreft omzet goed, maar de winstontwikkeling binnen deze deelbranche bleef hierbij ver achter. Sterker nog, er was per saldo nauwelijks sprake van winstgroei. Bij hotels en cafés ging de sterke omzetgroei wel gepaard met een aanzienlijke stijging van de winst.

Branches in Zicht Horeca

Fors hogere personeelskosten

De personeelskosten in de horeca zijn vorig jaar met 40% gestegen, tegenover iets meer dan 10% gemiddeld in het mkb. De belangrijkste personeelskosten in de horeca zijn de lonen. Deze post steeg met bijna 34%, ten opzichte van iets meer dan 2% in 2021. De verwachting is dat de kosten voor de horeca in de komende periode verder zullen oplopen. Het is de vraag of de branche al die kostenstijgingen zal weten te vertalen in de verkoopprijzen. Anders ligt margedruk op de loer.

Kredietwaardigheid sterk achteruit

Het percentage horecaondernemingen dat aan de financiële verplichtingen kan voldoen (een PD-rating <1%), is in 2022 uitgekomen op 79. Dit betekent een sterke achteruitgang ten opzichte van het voorgaande jaar (bijna 86). De branche presteert nog wel min of meer in lijn met het mkb-gemiddelde, dat verslechterde van ruim 86% tot bijna 78%. 

Moet u als ondernemer bepaalde transacties checken en melden?

By nieuws

De Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) kent voor bepaalde ondernemers een aantal verplichtingen. Het is van belang deze strikt na te leven, anders kunt u met forse boetes worden geconfronteerd.

Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft)

Betalen

De Wwft moet voorkomen dat criminelen via hun rekeningen geld witwassen dat ze met misdaad hebben verdiend. De Wwft geldt voor iedereen die te maken heeft met geldstromen of met de aankoop en verkoop van (dure) goederen. Denk hierbij aan banken, makelaars, notarissen, belastingadviseurs, advocaten en ondernemers die bemiddelen of handelen in bijvoorbeeld voertuigen, kunstvoorwerpen en juwelen.

Cliëntonderzoek en verdachte transacties

Iedereen die onder de Wwft valt, is verplicht om cliëntonderzoek te doen: wie is de klant, waar komt diens geld vandaan en waar gebruikt de klant het geld voor. Bij alle incidentele transacties van ten minste € 15.000 dient in ieder geval clientonderzoek plaats te vinden (artikel 3.5.b. Wwft). Tevens dienen ongebruikelijke transacties, zoals het doen van (grotere) aankopen met contant geld, te worden gemeld bij de FIU-NL.

Juwelier te slordig

Onlangs werd een juwelier geconfronteerd met een boete van € 100.000 inzake de Wwft. Er waren meerdere aankopen verricht boven de € 15.000, waarbij geen onderzoek naar de identiteit van de klant was ingesteld. Tevens was ook verzuimd de verdachte aankopen te melden bij de FIU.NL.

Geen opzet of grove schuld

Deze uitspraak van rechtbank Rotterdam maakte duidelijk dat ook boetes kunnen worden opgelegd als er geen sprake is van opzet of grove schuld. Zo moeten werkgevers in de Wwft-branches, zoals de juwelier, er voor zorgen dat ook hun personeel van de wettelijke verplichtingen inzake de Wwft op de hoogte is. 

Kopie identiteitsbewijs niet verplicht

Ook werd duidelijk dat niet in alle verdachte gevallen een kopie van het identiteitsbewijs was gemaakt. Dat is echter niet verplicht, al moet de juwelier dan wel op andere manier de identiteit controleren en bewijs hiervan bewaren.

Boete beperkt

In deze zaak werd de boete uiteindelijk beperkt tot ruim € 8.700. Duidelijk werd dat niet in alle gevallen de identiteit in strijd met de voorschriften was vastgesteld en ook dat het aantal meldingen van verdachte verkopen minder was dan gedacht.