Skip to main content
Category

nieuws

Box 3: wat gebeurde er afgelopen maand?

By nieuws

Box 3 houdt de gemoederen nog volop bezig. Ook afgelopen maand verscheen weer voldoende berichtgeving. In dit artikel vindt u een overzicht.

Forfaits 2022 bekend

Euro

Zo maakte staatssecretaris Van Rij de definitieve forfaits voor bank- en spaartegoeden en schulden voor het jaar 2022 bekend. Voor het jaar 2023 worden deze definitieve forfaits pas begin 2024 vastgesteld, behalve voor de overige bezittingen. Dat forfait is al vastgesteld. 

  2022  2023 
Bank- en spaartegoeden  0,00%  0,36%* 
Schulden  2,28%  2,57% 
Overige bezittingen  5,53%  6,17% 

*Voorlopig percentage

Belastingdienst houdt box 3-bezwaren 2017-2021 aan

De Belastingdienst doet momenteel geen uitspraak op bezwaar als het bezwaar gericht is tegen de box 3-heffing voor de jaren 2017 tot en met 2021. Tot de staatssecretaris duidelijk heeft gemaakt wat de aanpak wordt van deze bezwaren, houdt de Belastingdienst deze aan.

Let op! Dat geldt niet als u in uw bezwaar ook in verweer komt tegen ander zaken dan box 3.

Uw box 3-inkomen over de jaren 2017 tot en met 2022 wordt op twee manieren berekend:

  • volgens de oude manier van box 3, waarbij wordt uitgegaan van forfaits en een fictieve verdeling van uw vermogen, en
  • volgens de nieuwe manier van het rechtsherstel box 3, waarbij wordt uitgegaan van forfaits en de daadwerkelijke verdeling van uw vermogen.

Bij de vaststelling van de box 3-heffing houdt de Belastingdienst in uw definitieve aanslag automatisch alleen rekening met de laagste uitkomst van deze twee berekeningen.

Ontvangt u een definitieve aanslag inkomstenbelasting over de jaren 2017 tot en met 2021, overleg dan met onze adviseurs of bezwaar maken verstandig is. Zo kan uw werkelijk behaalde rendement bijvoorbeeld (sterk) afwijken van het door de Belastingdienst berekende box 3-inkomen. Inmiddels is ook al enige rechtspraak verschenen over de vraag of recht bestaat op verdere verlaging van de box 3-heffing als het werkelijke rendement lager is. Bezwaar maken kan daarom zinvol zijn. Doe dit wel snel, u heeft namelijk vanaf de dagtekening van de aanslag maar zes weken om een bezwaar in te dienen.

Let op! De rechtspraak ligt momenteel niet allemaal op één lijn en de Hoge Raad heeft ook nog geen oordeel uitgesproken. Voorlopig is het daarom nog niet duidelijk of u ook recht heeft op verdere verlaging van uw box 3-heffing als uw werkelijke rendement lager is dan waarmee in uw definitieve aanslag is gerekend.

Box 3-stelsel op basis van werkelijk rendement pas vanaf 2027

Tot slot liet staatssecretaris Van Rij onlangs weten dat een box 3-stelsel op basis van werkelijk rendement op zijn vroegst vanaf 2027 kan worden ingevoerd.

Vanaf 2023 wordt box 3 geheven op basis van de Overbruggingswet box 3. Deze heffing is grotendeels gelijk aan de wijze waarop het rechtsherstel voor de jaren tot en met 2023 berekend wordt. De bedoeling was dat deze Overbruggingswet zou gelden tot en met 2025. Vanaf 2026 zou dan een box 3-heffing op basis van werkelijk rendement ingevoerd worden. Dat gaat dus niet lukken. Dit betekent dat de Overbruggingswet ook in 2026 waarschijnlijk nog van kracht is.

Let op! De verwachting is dat de Overbruggingswet box 3 nog wordt aangepast op een aantal punten. De Kamer heeft het kabinet hiertoe al meerdere malen opgeroepen, bijvoorbeeld om te onderzoeken of een fijnmaziger rendement op overige beleggingen mogelijk is (in plaats van één rendement voor deze grote diverse groep dat voor 2023 is vastgesteld op 6,17%).

Voorkom belastingrente inkomsten- en vennootschapsbelasting

By nieuws

Als de Belastingdienst een aanslag inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting aan u oplegt met een te betalen bedrag, berekent de Belastingdienst in beginsel ook belastingrente. Deze rente bedraagt 4% voor de inkomstenbelasting en 8% voor de vennootschapsbelasting. U kunt deze belastingrente voorkomen.

Inkomstenbelasting

Mobiel

De Belastingdienst berekent geen belastingrente over uw aanslag inkomstenbelasting 2022 als u voor 1 mei 2023 uw aangifte indient. Vaak is het niet mogelijk om zo snel al uw aangifte in te dienen. U kunt dan ook voor 1 mei 2023 om een voorlopige aanslag inkomstenbelasting 2022 vragen bij de Belastingdienst. Ook dan berekent de Belastingdienst geen belastingrente.
Let op! De belastingrente voor de inkomstenbelasting bedraagt 4%.

Vennootschapsbelasting

Over uw aanslag vennootschapsbelasting 2022 berekent de Belastingdienst geen belastingrente als u voor 1 juni 2023 uw aangifte indient. Ondanks dat dit een maand later is dan voor de inkomstenbelasting, is het ook voor de vennootschapsbelasting vaak niet mogelijk om zo snel uw aangifte in te dienen. De belastingrente kunt u ook voor de vennootschapsbelasting voorkomen door op tijd een voorlopige aanslag aan te vragen. Hiermee kunt u echter niet wachten tot 1 juni 2023. Deze voorlopige aanslag moet namelijk aangevraagd worden voor 1 mei 2023.

Tip! Overleg met een van onze adviseurs of uw aangifte vennootschapsbelasting 2022 voor 1 juni 2023 ingediend kan worden. Als dat niet mogelijk is, vraag dan voor 1 mei 2023 een voorlopige aanslag aan. Uiteraard kunnen wij u daarbij van dienst zijn.

Let op! De belastingrente voor de vennootschapsbelasting zou eigenlijk vanaf 1 maart 2023 10,5% bedragen. Het percentage is namelijk gebaseerd op de wettelijke rente voor handelstransacties. Het kabinet heeft echter laten weten de belastingrente voor de vennootschapsbelasting vooralsnog op 8% te houden.

Juiste en volledige aangifte of schatting voorlopige aanslag

Het is belangrijk dat de aangifte juist en volledig is of dat de schatting voor de voorlopige aanslag zo veel mogelijk de werkelijkheid benadert. De Belastingdienst berekent namelijk wel belastingrente als de definitieve aanslag inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting hoger is dan volgens uw aangifte of dan in uw voorlopige aanslag opgenomen. De belastingrente wordt dan berekend over het meerdere.

Let op! Als de definitieve aanslag uiteindelijk lager is, vergoedt de Belastingdienst geen rente.

Bewijslast in WOZ-zaken, hoe zit dat nu?

By nieuws

Als het goed is, heeft u uw nieuwe WOZ-waardes voor 2023 weer ontvangen. Maar wie moet eigenlijk bewijzen dat die waarde klopt, hoe gaat dat dan en wat vond de rechter nog onlangs?

WOZ-waarde

Woning

De WOZ-waarde is nodig voor het vaststellen van de aanslag onroerende zaak belasting (OZB). De WOZ-waarde wordt daarnaast gebruikt voor tal van andere belastingen, zoals voor het vaststellen van het eigenwoningforfait bij de aangifte inkomstenbelasting.

Bewijslast gemeente

De bewijslast dat de vastgestelde WOZ-waarde juist is, rust op de gemeente. Die hoeft niet alle panden te taxeren, maar maakt voor woningen meestal gebruik van recente verkoopcijfers en bij bedrijfspanden ook van cijfers omtrent de huuropbrengst en andere waarderingsmethodes.

Wat bij bezwaar?

Als u in bezwaar gaat tegen uw WOZ-beschikking, zult u argumenten moeten aanvoeren waarom die waarde niet klopt. Zo kunt u bijvoorbeeld aangeven dat er sprake is van achterstallig onderhoud of van parkeeroverlast in uw straat.

Informatiebeschikking

Onlangs kwam een zaak voor de rechter waarbij de gemeente had verzocht om nadere informatie inzake de WOZ-waarde van een woning. De bewoner had bezwaar aangetekend tegen de WOZ-waarde, waarna de gemeente gevraagd had om informatie over de woning te verstrekken. Toen een reactie uitbleef, werd de bewoner via een informatiebeschikking verzocht om door middel van foto’s inzicht te geven in de toestand van de woning. De bewoner weigerde en bracht de zaak voor de rechter.

Corona

De rechter stelde de gemeente in het gelijk. De gemeente had namelijk aangegeven dat ook contact kon worden opgenomen om een andere vorm van informatieverstrekking te bespreken als de bewoner geen foto’s wilde of kon leveren. Ook was gegarandeerd dat de foto’s alleen in het kader van de WOZ zouden worden gebruikt. Dat de bewoner de gemeente had uitgenodigd voor een inpandige opname, baatte hem niet vanwege het destijds heersende coronavirus. Contacten werden in verband hiermee op dat moment namelijk zoveel mogelijk voorkomen, onder andere via lockdowns.

Toegang weigeren?

Als een gemeente uw pand vanwege de WOZ wel wil betreden, kunt u dit niet weigeren. Daarbij geldt dat binnentreden van een woning bij weigering van de bewoner alleen kan met een speciale machtiging. Dit is voor een niet-woning, zoals een kantoor of winkel, niet vereist. Bij weigering zal de gemeente het meestal echter niet zover laten komen en u waarschijnlijk een informatiebeschikking opleggen. Weigert u ook dan de gevraagde informatie te verstrekken, dan wordt de bewijslast omgedraaid en mag u bewijzen dat de WOZ-waarde te hoog is.

Subsidie energieadviseur weer aan te vragen

By nieuws

Ondernemers kunnen weer subsidie aanvragen voor adviezen op het gebied van energiebesparing, de Subsidieregeling Verduurzaming MKB. Een advies kan bijvoorbeeld betrekking hebben op een mogelijke investering van LED-verlichting of zonnepanelen. Deze subsidie is dus alleen beschikbaar voor het mkb.

Subsidieregeling Verduurzaming MKB (SVM)

Administratie

Met de SVM kunnen mkb-ondernemers een vergoeding krijgen voor de inhuur van een energieadviseur voor een energieadvies op maat en voor hulp bij het uitvoeren van het advies. De SVM is niet bedoeld voor de investeringen zelf. Daarvoor zijn vaak andere regelingen beschikbaar, zoals de energie-investeringsaftrek. 

Omvang subsidie

Het subsidiebedrag voor het SVM-advies bedraagt 80% van de advieskosten met een minimaal bedrag van € 400 en een maximaal bedrag van € 750. Vraagt u ook subsidie voor hulp bij het uitvoeren van het advies, dan bedraagt het maximale subsidiebedrag voor advies én ondersteuning samen € 2.500.

Voorwaarden

De subsidie kent tal van voorwaarden. Zo moet u een of meer bedrijfspanden bezitten of huren, of een ruimte erin. U mag verder niet onder de wettelijke energiebesparingsplicht vallen (uw bedrijfspand mag per jaar dus niet meer dan 25.000 m3 aardgas en 50.000 kWh elektriciteit gebruiken). De voorwaarden zijn dit jaar verscherpt. Zo moet de energieadviseur tenminste twee jaar ervaring hebben met het adviseren van mkb-ondernemers over energiebesparing en verduurzaming. DE SVM kent nog meer voorwaarden.

Aanvragen

U kunt de subsidie online aanvragen bij de Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland (rvo.nl). Dit kan tot 30 september 2023 17.00 uur. U heeft eHerkenning nodig op minstens niveau eH2+. Ook uw adviseur kan de subsidie aanvragen.

Digitale berichtgeving naheffing parkeerbelasting is voldoende

By nieuws

Als u ermee instemt, kunt u post van de overheid veelal digitaal ontvangen. Betreft het een naheffing parkeerbelasting, dan is het voldoende als deze digitaal aan u bekend is gemaakt. Dit moet wel aannemelijk zijn.

Naheffing parkeerbelasting niet ontvangen

Laptop

Onlangs bracht een belastingplichtige zijn zaak voor de rechter, omdat hij aanmaningskosten moest betalen voor een naheffing parkeerbelasting. Naar eigen zeggen had hij zich niet voor digitale communicatie met de gemeente aangemeld en had hij de naheffing helemaal niet ontvangen.

MijnOverheid

Talloze gemeentes en andere overheidsorganen communiceren tegenwoordig digitaal met de burger via MijnOverheid. In bovengenoemde zaak was de naheffingsaanslag parkeerbelasting digitaal verstuurd via MijnOverheid. Omdat door degene aan wie de naheffing was opgelegd ontkend werd dat hij deze had ontvangen, onderzocht de rechtbank de aannemelijkheid ervan.

Bezwaar

Uit de stukken bleek dat twee dagen voordat de naheffing was opgelegd, belanghebbende al bezwaar tegen de naheffing had gemaakt. Dit was afgewezen en hiertegen was geen beroep ingesteld. Voor de rechtbank stond dan ook vast dat belanghebbende de naheffing wel degelijk tijdig had ontvangen. Het is namelijk bekend dat naheffingen vaak al worden verstuurd vóór de datum van de dagtekening.

Aanmaningskosten terecht

Nu vast stond dat de naheffing tijdig was ontvangen en dat het hiertegen ingediende bezwaar was afgewezen, stond de naheffing vast. Aangezien deze niet tijdig betaald was, was ook de aanmaning terecht verzonden en waren ook de hieraan verbonden aanmaningskosten terecht berekend. De rechtbank stelde de gemeente dan ook in het gelijk.

Advieswijzer Alternatieve financieringsvormen 2023

By nieuws

Voor mkb-bedrijven is het niet eenvoudig om geld te lenen bij een bank. Gelukkig is er een nieuwe financieringsmarkt ontstaan, een markt die complementair kan zijn aan de zo vertrouwde bancaire financiering. Daarnaast biedt ook de overheid u soms nog extra financieringshulp. Welke alternatieve mogelijkheden zijn er?

Private financiering

Team

Welke ondernemer kent ze niet: de private financiers. Of het nu familie, vrienden of zakenrelaties zijn, voor velen zijn ze bij de start van een bedrijf onmisbaar om aan aanvullend kapitaal of een geldlening te komen. Een fiscaal voordeel van private financiering kan zich voordoen als de door uw bedrijf betaalde en aftrekbare rente lager is dan het forfaitair vastgestelde rendement in box 3. Toch biedt dit persoonlijke netwerk niet altijd uitkomst. Naarmate de financieringsbehoefte, de risico’s, de omvang en complexiteit van uw plannen toenemen, zult u sneller op zoek moeten naar andere financieringsvormen, als alternatief of aanvullend. De particuliere financieringsmarkt kent een breed palet aan potentiële geldschieters.

Tip! Denk bij alternatieve financieringsbronnen ook aan leverancierskrediet, hypotheekbanken, leasemaatschappijen, huur en factoring. Voor uw liquiditeitspositie het overwegen waard!

Business angels

Deze ‘angels’ worden ook wel informal investors genoemd. Het zijn veelal particulieren en voormalig ondernemers die, al dan niet verenigd, hun kennis, ervaring, netwerk en kapitaal inzetten voor startende of jonge, veelal innovatieve ondernemingen. Voor deze investeerders draait het om een goed plan en geloof in de ondernemer. Wat ze ook hebben, is de wil om risicodragend te investeren. De ondernemer ontvangt risicokapitaal. De informal investor krijgt een aandeel in de zeggenschap, het eigendom of de winst van de onderneming.

Tip! Informeer ook naar initiatieven van business angels en bijeenkomsten bij u in de regio of daarbuiten. Zij brengen ondernemers en investeerders bij elkaar.

Private equity

Investerings- en participatiemaatschappijen, ook wel private equity genoemd, zijn doorgaans private maatschappijen waarin kleinere en grotere beleggers en/of investeerders zijn verenigd. Zij kunnen zorgen voor het benodigde risicodragend vermogen dat u als ondernemer nodig heeft om bij andere financiers met succes uw kredietbehoefte te regelen. Risicodragend vermogen kan worden verstrekt in de vorm van zowel aandelenkapitaal als een (achtergestelde) lening. De drijfveer van private equity is rendement!

Kredietunie: een financieringsvorm in een coöperatief jasje

De kredietunie is een coöperatieve kredietvereniging van mkb-ondernemers. Doel van een kredietunie is om via een gemeenschappelijke kas geld uit te lenen aan collega-ondernemers binnen een sector of regio. Zowel kredietgevers als kredietnemers zijn lid en mede-eigenaar van de coöperatie. De kredietunie heeft geen winstoogmerk en wil voorzien in het verlenen van krediet tot € 250.000. Onder voorwaarden zijn hogere bedragen ook mogelijk. Verliezen en levende have worden in het algemeen niet door een kredietunie gefinancierd.

Crowdfunding

Deze financieringsvorm wint snel aan populariteit. Het is een internetmarktplaats voor financiering. Hoe werkt het? De ondernemer plaatst het idee of plan op een van de crowdfundingplatforms en doet een beroep op meerdere particuliere investeerders om te financieren. De kredietvraag, rente en looptijd bepaalt u zelf. Wilt u de geldverschaffers in ruil voor hun inleg aandelen in het bedrijf of een percentage van de omzet of winst aanbieden, dan kan dat ook. Investeerders kunnen inschrijven tot de inschrijving vol is, waarna uw financiering rond is!

Let op! De regelgeving voor alternatieve financieringsvormen staat nog in de kinderschoenen. Controleer of het crowdfundingplatform beschikt over een AFM-vergunning!

Overheid als cofinancier

Met de helpende hand van de overheid heeft u als ondernemer meer kans van slagen om bij kredietinstellingen een lening te kunnen afsluiten. Ook al zijn uw plannen en de financiële vooruitzichten nog zo goed, zonder voldoende zekerheden zult u de kredietaanvraag al snel zien stranden. Vandaar dat de overheid diverse regelingen in het leven heeft geroepen om de toegang tot de kredietmarkt te vergemakkelijken. Deze regelingen zijn veelal voorzien van soepeler voorwaarden.

Borgstelling MKB-Kredieten (BMKB)

Voor ondernemers met een financieringsbehoefte, maar onvoldoende onderpand, kan de BMKB uitkomst bieden. Deze is bedoeld voor bedrijven met niet meer dan 250 werknemers (fte’s) in dienst en een jaaromzet tot € 50 miljoen of een balanstotaal tot € 43 miljoen. De kredietregels inzake omvang, aflossing en looptijd zijn afhankelijk van het bestedingsdoel en type onderneming. Voorwaarde is wel dat de toekomstperspectieven gunstig zijn en de kredietverstrekker een aanvraag hiervoor indient. In de reguliere regeling betreft het borgstellingskrediet 50% van het krediet dat de bank verstrekt. De borg van de overheid bedraagt 90% van dit borgstellingskrediet. De BMKB is verruimd tot en met 1 juli 2023. Bedrijven met een kredietbehoefte tot € 266.667 kunnen driekwart financieren met BMKB-krediet en dus niet maximaal de helft van de kredietverstrekking. Verder is het maximum van het BMKB-krediet tijdelijk verhoogd van € 1 miljoen naar € 1,5 miljoen. 

Ook is de BMKB verruimd voor investeringen inzake verduurzaming, de BMKB-G (Groen). Deze verruiming is bedoeld voor mkb-ondernemingen met maximaal 250 personeelsleden. Met deze verruiming is de omvang van het borgstellingskrediet in de BMKB verhoogd van 50 naar 75% van het kredietbedrag. De regeling is toepasbaar op:

  • Bedrijfsmiddelen die zijn opgenomen in de Energielijst
  • Overige middelen verbonden aan energie-investeringen (maximaal aandeel 50%)
  • De aanpassing of vervanging van bedrijfspanden naar ten minste Label C

Bent u nog geen drie jaar als ondernemer actief, dan is er voor u de Starters BMKB. U kunt via deze regeling maximaal € 266.667 aan krediet krijgen, terwijl de overheid zich garant stelt voor 67,5% van het krediet.

Tip! Vraag de bank (of de niet-bancaire financierder) bij uw kredietaanvraag of u in aanmerking komt voor de BMKB!

Innovatiekrediet

Heeft u een innovatief idee, maar ontbreken alleen de middelen nog om verder te investeren, dan biedt wellicht het Innovatiekrediet uitkomst. Hiermee kunnen veelbelovende innovatietrajecten worden gefinancierd. Het is een risicodragend krediet. Het krediet voor klinische ontwikkelingsprojecten bedraagt maximaal € 5 miljoen; voor technische ontwikkelingsprojecten bedraagt het krediet maximaal € 10 miljoen.

Microkrediet

Veel ondernemers zijn al geholpen met een relatief gering krediet. Maar het risicoprofiel belemmert de toegang tot een bankkrediet. Denk dan eens aan microfinanciering. Op dit moment bedraagt het kredietplafond € 50.000 en de rente 9,75%. Daarnaast betaalt u een bedrag aan behandelkosten, dat kan oplopen tot maximaal € 750. Voor ondernemers met een zogenaamde sociale doelstelling bedraagt de rente 7,75%. De regeling staat open voor startende en bestaande ondernemers in het midden- en kleinbedrijf en wordt uitgevoerd door Qredits Microfinanciering Nederland. Qredits komt alleen in beeld als de bank uw kredietaanvraag heeft afgewezen.

MKB-krediet

Sinds enkele jaren biedt Qredits ook het MKB-krediet aan. Dit is een zakelijke lening aan startende en bestaande ondernemers in het mkb van minimaal € 50.000 en maximaal € 250.000. Deze lening is er speciaal voor ondernemers die een financiering nodig hebben en hiervoor niet bij een bank terechtkunnen. Er geldt wel een aantal voorwaarden. De rente varieert van 8,75 tot 9,75%. Voor ondernemers met een zogenaamde sociale doelstelling bedraagt de rente 7,75%.

Voor bestaande ondernemers die onverwachts extra geld nodig hebben voor hun bedrijf is er het flexibel krediet. Je betaalt daarbij alleen rente over het opgenomen bedrag van je lening. Het maximum bedraagt € 25.000 en de rente bedraagt 1,2% per maand over het opgenomen bedrag. Speciaal voor de financiering van zakelijk onroerend goed biedt Qredits een hypothecair krediet.

Vroegefasefinanciering

Bent u ambitieus, groeit uw onderneming in de komende periode substantieel in omvang en wilt u onderzoeken of uw idee kans van slagen heeft op de markt, dan is de Vroegefasefinanciering misschien iets voor u. Met een lening uit deze financieringsvorm kan de overheid u ondersteunen om uw idee van de planfase naar de startfase te brengen. Uiteraard moet u de lening, inclusief 7,56% (per 1 januari 2023) rente, terugbetalen. Meer informatie vindt u op RVO.nl.

Groeifaciliteit

Wilt u op eigen kracht groeien in Nederland of daarbuiten of wilt u een bedrijf overnemen, dan kan de Groeifaciliteit u helpen de benodigde risicodragende financiering aan te trekken. De Groeifaciliteit verschaft financiële instellingen een extra garantie, misschien net genoeg om de financiers (bank of participatiemaatschappij) over de streep te trekken. Let wel, de Groeifaciliteit is niet bedoeld voor een herfinanciering. De garantie is beperkt tot 50% van de financiering. Vanwege corona is de looptijd van deze regeling verlengd tot 1 juli 2023. Aanvragen moeten echter uiterlijk 15 juni 2023 al worden ingediend. Meer informatie vindt u op RVO.nl.

Garantie Ondernemingsfinanciering

Speciaal voor (middel)grote ondernemingen die hoofdzakelijk actief zijn in Nederland, financieel gezond zijn en toekomstperspectief hebben, is er nog de GO-regeling. Via de GO-regeling kan de bank met 50% overheidsgarantie de benodigde extra zekerheden binnenhalen. Leningen van maximaal € 150 miljoen zijn tot maximaal de helft gegarandeerd.

Tot slot

De besproken regelingen zijn slechts een selectie uit het groeiende aanbod. Wij kunnen de kansen en de valkuilen met u verkennen om uiteindelijk te komen tot een passende financieringsoplossing.

Disclaimer
Hoewel bij de samenstelling van deze Advieswijzer de uiterste zorg is nagestreefd, wordt geen aansprakelijkheid aanvaard voor onvolledigheden of onjuistheden. Vanwege het brede en algemene karakter van de Advieswijzer, is deze niet bedoeld om alle informatie te verschaffen die noodzakelijk is voor het nemen van financiële beslissingen.

Belastingdienst start speciaal loket voor ANBI’s

By nieuws

Wie een ANBI wil oprichten, kan vanaf nu terecht op een speciale website van de Belastingdienst. Op de site vindt u veel informatie over ANBI’s. Ook biedt het loket de mogelijkheid om in contact te komen met het zogenaamde ANBI-team van de Belastingdienst.

ANBI

Euro

De afkorting ANBI staat voor Algemeen Nut Beogende Instelling. Dergelijke instellingen, ook wel ‘goede doelen’ genoemd, kennen tal van fiscale voordelen. Die gelden voor de ANBI zelf, maar ook voor degenen die de ANBI financieel willen steunen.

Speciale site

Het speciale loket is met name bedoeld voor degenen die een kleinere of middelgrote ANBI willen oprichten. De site is bedoeld om de aanvrager te helpen bij zijn aanvraag en via een praktische uitleg zaken inzichtelijker te maken.

Voordelen

Zo is een ANBI vrijgesteld van schenk- en erfbelasting voor de door de ANBI ontvangen gelden. Ook als een ANBI zelf een schenking doet, is deze schenking bij de ontvanger vrijgesteld van schenkbelasting, mits de schenking in het kader van de doelstelling van de ANBI is verricht. 

Giften aan een ANBI zijn – onder voorwaarden – aftrekbaar bij degene die de gift doet.

Eisen

Voor een ANBI gelden diverse speciale eisen. Zo mag een ANBI bijvoorbeeld geen winst maken met activiteiten die het algemeen belang dienen. Bestuursleden of gezichtsbepalende personen binnen de ANBI mogen in de afgelopen vier jaar niet veroordeeld zijn voor een misdrijf. Op de speciale site vindt u alle informatie.

Aftrekpost in 2023 meestal naar partner met laagste inkomen

By nieuws

Fiscale partners kunnen in de inkomstenbelasting bepaalde aftrekposten naar eigen keuze aan elkaar toedelen. Vanaf 2023 is toedeling aan de partner met het laagste inkomen meestal het voordeligst.

Aftrekposten tegen 36,93%

Administratie

De volgende aftrekposten zijn in 2023 nog maar aftrekbaar tegen maximaal 36,93%:

  • aftrekbare kosten (waaronder hypotheekrente) voor de eigen woning,
  • aftrek van alimentatie, van ziektekosten en van giften.

Tip! Het aftrektarief is maximaal 36,93%. Dit betekent dat de aftrek tegen 36.93% gaat als uw inkomen in 2023 onder het 49,50%-of het 36,93%-tarief valt. Een AOW-gerechtigde betaalt tot een inkomen van € 37.149 echter een tarief van 19,03%. De aftrek gaat bij een AOW-gerechtigde daarom tot een inkomen van € 37.149 tegen 19,03% en dus niet tegen 36,93%.

Geen tariefvoordeel meer

Voor AOW-gerechtigde zou in 2023 nog een tariefvoordeel behaald kunnen worden bij toedeling van een aftrekpost aan het hoogste inkomen (mits dat inkomen hoger is dan € 37.149). Voor mensen die de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet hebben bereikt, is dit voordeel vanaf 2023 verdwenen.

Tariefstructuur

Door de complexe tariefstructuur in de inkomstenbelasting, is het vanaf 2023 meestal het voordeligst om de aftrekpost toe te delen aan de partner met het laagste inkomen. In die tariefstructuur is de te betalen belasting namelijk niet alleen afhankelijk van het toegepaste tarief (in 2023 voor een niet-AOW-gerechtigde 36,93% tot € 73.031 en 49,50% vanaf € 73.031), maar ook van de heffingskortingen.

Heffingskortingen kunnen hoger zijn bij een lager inkomen. Zo daalt de algemene heffingskorting van maximaal € 3.070 vanaf een inkomen uit werk en woning van € 22.660 in 2023 met 6,095%. Vanaf een inkomen van € 73.031 bestaat dan geen recht meer op algemene heffingskorting. Voor AOW-gerechtigden daalt de ouderenkorting van maximaal € 1.835 vanaf een verzamelinkomen van € 40.888 in 2023 met 15%. Vanaf een inkomen van € 53.122 bestaat dan geen recht meer op ouderenkorting.

Meest gunstige verdeling

De afbouw van de heffingskortingen zorgen ervoor dat het meestal voordeliger kan zijn om de aftrekpost aan de partner met het laagste inkomen toe te delen. Voor AOW-gerechtigde kan dit anders als de minstverdienende partner belast wordt tegen het tarief van 19,03% (bij een inkomen tot € 37.149). De berekening welke toedeling het meest gunstig is, is niet eenvoudig. Onze adviseur zullen bij het verzorgen van uw aangifte inkomstenbelasting 2023 uiteraard de meest voordelige verdeling toepassen.

Onderzoeksplicht belastinginspecteur beperkt, navordering terecht

By nieuws

Een belastinginspecteur hoeft niet uit zichzelf te onderzoeken of uw bedrijfsactiviteiten volgens de Kamer van Koophandel (KVK) gewijzigd zijn. Ook hoeft hij voor de winstbepaling geen rekening te houden met feiten die uit de btw-aangifte blijken. In die gevallen is er geen sprake van een ambtshalve verzuim en is navorderen dus toegestaan.

Uitgaan van juistheid gegevens

Euro

Als u uw aangifte inkomstenbelasting indient, mag de inspecteur ervan uitgaan dat die gegevens kloppen. Nader onderzoek is alleen noodzakelijk als de inspecteur in redelijkheid aan de juistheid van de gegevens behoort te twijfelen. Alleen als de omstandigheden zo sterk doen vermoeden dat de aangifte onjuist is, is het nalaten van onderzoek een ambtelijk verzuim en kan er niet worden nagevorderd.

Extra activiteiten

Voor de rechtbank Noord-Holland speelde een zaak waarbij een ondernemer in een maatschap extra ondernemersactiviteiten had laten verwerken in zijn inschrijving bij de KVK. Ook had hij ten aanzien van deze extra activiteiten aangiftes omzetbelasting ingediend. De inspecteur had pas na een boekenonderzoek van de extra activiteiten vernomen, schrapte de hiermee gemaakte kosten, en legde navorderingsaanslagen op.

Nieuw feit?

De ondernemer ging in bezwaar en beroep en stelde dat de inspecteur niet beschikte over een nieuw feit. Dat er extra ondernemersactiviteiten waren ontwikkeld had de inspecteur namelijk kunnen weten, aldus de ondernemer. Deze waren immers gemeld bij de KVK en bovendien waren er btw-aangiftes ingediend. Omdat een nieuw feit ontbrak kon er volgens de ondernemer niet worden nagevorderd.

Raadplegingsplicht beperkt

De rechter ging hierin niet mee en stelde dat de raadplegingsplicht van de inspecteur beperkt is. Die plicht is in beginsel beperkt tot de aangiftes en het dossier van  de belastingplichtige en de ondernemer had de gewijzigde inschrijving bij de KVK niet zelf aan de inspecteur doorgegeven. Ook hoeft de inspecteur geen dossiers te raadplegen die betrekking hebben op andere belastingen, zoals de btw. Omdat de inspecteur dus niet over een nieuw feit hoefde te beschikken, bleven de navorderingen in stand.

Eisen voor giften in natura aangescherpt

By nieuws

Ook giften in natura zijn, net als geldelijke giften, onder voorwaarden fiscaal aftrekbaar. De voorwaarden voor aftrek van giften in natura worden echter aangescherpt. Deze aanscherping moet per 2024 ingaan.

Gift in natura

Schenken

Bij een gift in natura kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een duur schilderij. Voor de waarde ervan gaat de fiscus uit van de waarde in het economisch verkeer.  Bij giften in natura is het lastig aannemelijk te maken dat de gift is gedaan en wat deze inhield.  Bovendien is de waarde van de gift soms moeilijk vast te stellen en leidt nogal eens tot discussie tussen belastingplichtigen en de Belastingdienst.

Objectieve waardebepaling

Vanwege deze problemen zijn volgens het wetsvoorstel giften in natura met een waarde van meer dan € 10.000 voortaan alleen nog aftrekbaar als er een objectieve waardebepaling heeft plaatsgevonden. Deze moet blijken uit een onafhankelijk taxatierapport of een factuur. Voor fiscale partners wordt de gezamenlijke grens gesteld op € 20.000.

Let op! De voorgestelde aanscherping geldt zowel voor de giftenaftrek in de inkomsten- als in de vennootschapsbelasting.

Aannemelijk maken

Een gift en de waarde ervan moeten ook altijd aannemelijk kunnen worden gemaakt. Dit geldt zowel voor giften boven, als onder genoemde grenzen van € 10.000 respectievelijk € 20.000. Deze voorwaarde geldt nu ook al.

Let op! Dit plan moet nog worden goedgekeurd door de Tweede en Eerste Kamer.