Skip to main content
Category

nieuws

Deadline 1 september aanvraag zorg- en huurtoeslag voor 2022

By nieuws

Heeft u voor 2022 geen zorg- of huurtoeslag aangevraagd en heeft u daar toch recht op? Dan kunt u deze alsnog met terugwerkende kracht aanvragen. Dit kan tot uiterlijk 1 september 2023.

Wellicht toch?

Geld

Van degenen die recht hebben op genoemde toeslagen, blijkt zo’n 10% deze niet aan te vragen. Afhankelijk van de situatie kan de toeslag oplopen tot enkele tientallen tot honderden euro’s per maand die men dan laat liggen. Wilt u controleren of u recht heeft op een van de of beide toeslagen voor 2022? Check dit dan via de site van de Belastingdienst.

Voorwaarden

Voor zowel de zorg- als huurtoeslag gelden voorwaarden. Zo moet u voor de zorgtoeslag een zorgverzekering hebben afgesloten. Voor de huurtoeslag mag uw huur niet te hoog zijn. Ook mogen voor beide toeslagen uw inkomen en vermogen niet te hoog zijn. Op de site van de Belastingdienst kunt u checken of u aan alle voorwaarden voldoet.

Proefberekening

Op de site van de Belastingdienst kunt u ook een proefberekening maken. U vult daartoe uw persoonlijke gegevens in, waarna het programma berekent of u recht heeft op een toeslag en hoeveel deze per maand bedraagt.

Tip! Met de proefberekening kunt u bijvoorbeeld ook uitrekenen wat het u scheelt aan huurtoeslag als u zou verhuizen naar een duurdere of goedkopere huurwoning.

Wijzigingen doorgeven

Heeft u vorig jaar al zorg- en/of huurtoeslag gehad, dan krijgt u deze dit jaar automatisch weer. Belangrijk is dan dat u tijdig wijzigingen doorgeeft, zoals een stijging van uw inkomen of een veranderde gezinssituatie. Blijkt achteraf namelijk dat u te veel toeslag heeft gekregen, dan moet u de te veel ontvangen toeslag terugbetalen.

Wanneer is er sprake van laden of lossen?

By nieuws

Op veel plaatsen in Nederland mag u alleen tegen betaling uw auto parkeren op de openbare weg of gemeentelijke parkeerplaatsen. Betalen is dan echter niet nodig als sprake is van laden of lossen. Maar wat verstaat de wetgever hier precies onder en hoe oordeelden enkele rechters onlangs hierover?

Betaald parkeren

Transport

Als u op de openbare weg parkeert waar u voor het parkeren moet betalen, is sprake van parkeerbelasting. Betaalt u niet of te weinig, dan kunt u een naheffing parkeerbelasting ontvangen.

Let op! Meestal moet u dan het parkeertarief voor één uur parkeren betalen, plus een opslag voor kosten. Deze opslag bedraagt in 2023 maximaal €72,90 en wordt door de meeste gemeentes in rekening gebracht.

Uitzondering voor laden en lossen

Als sprake is van laden of lossen, hoeft u geen parkeerbelasting te betalen. Volgens vaste rechtspraak moet dan gaan om het bij voortduring in- of uitladen van zaken van enige omvang of enig gewicht, onmiddellijk nadat het voertuig tot stilstand is gebracht en gedurende de tijd die daarvoor nodig is. Het moet gaan om zaken van een zodanige omvang of gewicht dat zij niet of bezwaarlijk op een andere wijze dan per voertuig ter plaatse kunnen worden gehaald of gebracht.

Geen tijdlimiet

Onlangs spraken de Rechtbank Rotterdam en de Rechtbank Gelderland zich uit in zaken waarbij het lossen van goederen minstens 10 minuten had geduurd. De rechters stelden in beide zaken de parkeerders in het gelijk. Uit de uitspraken volgt dat laden/lossen in beginsel geen tijdslimiet kent. Wel moet er direct worden geladen of gelost en mag de auto slechts stilstaan gedurende de tijd die nodig is voor het laden en lossen. Rechtbank Rotterdam gaf aan het vragen en krijgen van een ontvangstbevestiging door de bezorger onderdeel te vinden van dit laden en lossen.

Afleverbon uitschrijven

Hof Amsterdam oordeelde strenger. Volgens het Hof behoort het uitschrijven van een afleverbon niet tot het laden en lossen. In deze zaak had de gemeente de uitgeschreven naheffing inmiddels verscheurd, maar werd een proceskostenvergoeding geweigerd. De Hoge Raad oordeelde onlangs dat het cassatieberoep duidelijk niet kon slagen en verklaarde dit zonder verdere motivering niet-ontvankelijk.

Let op! Meerdere rechters oordeelden al dat u moet bewijzen dat u aan het laden en lossen was. Zorg daarom dat u aannemelijk kunt maken dat er wordt geladen of gelost. Zo had in de zaak voor de rechtbank Rotterdam de parkeerder via een pamflet achter de voorruit aangegeven dat er pakketten werden bezorgd.

Wanneer verloopt overdracht vakantiedagen fiscaal probleemloos?

By nieuws

Als een werknemer overstapt naar een andere werkgever, kiest deze werknemer er soms voor om de al opgebouwde vakantiedagen mee te nemen. Onlangs is duidelijk geworden onder welke voorwaarden dit fiscaal probleemloos kan verlopen.

Opgebouwde vakantiedagen

Golf

Als een werknemer van werkgever wisselt, komt het regelmatig voor dat nog niet alle opgebouwde vakantiedagen al zijn opgenomen. Deze worden meestal uitbetaald, maar soms kiest men ervoor de opgebouwde vakantiedagen mee te nemen naar de nieuwe werkgever. De oude werkgever vergoedt de waarde hiervan dan aan de nieuwe werkgever, zodat deze hiervan het verlof kan betalen.

Geen genietingsmoment

Onlangs is naar buiten gebracht onder welke voorwaarden er bij het overbrengen van opgebouwde vakantiedagen van de ene werkgever naar de andere, geen sprake is van een genietingsmoment en er dus niet direct over de waarde ervan fiscaal hoeft te worden afgerekend. Dit zal dan pas plaatsvinden als de vakantiedagen bij de nieuwe werkgever worden opgenomen.

Voorwaarden

Er hoeft niet direct te worden afgerekend als de werknemer de keuze om de vakantiedagen geheel of deels over te brengen naar de nieuwe werkgever vóór het einde van zijn dienstbetrekking maakt.

Let op! Deze keuze moet de werknemer in samenspraak met zijn oude én nieuwe werkgever maken, en beiden moeten ermee instemmen.

Werknemer beschikt niet over waarde

Aangegeven is dat in bovengenoemde situatie de werknemer niet de beschikking heeft over de waarde in geld van de vakantiedagen, maar de vakantiedagen als vrije tijd. 

Ook dit jaar energietoeslag voor minima

By nieuws

Huishoudens met een inkomen dat op of net boven het sociaal minimum ligt, hebben ook in 2023 recht op een fiscaalvrije energietoeslag. Het wetsvoorstel hierover is door demissionair minister Schouten bij de Tweede Kamer ingediend. Ook studenten kunnen in bepaalde gevallen voor de energietoeslag in aanmerking komen.

Energietoeslag

Lamp

De energietoeslag is in het leven geroepen vanwege de sterk gestegen energieprijzen na aanvang van de oorlog in Oekraïne. Ondanks dat de energietarieven inmiddels wat zijn gedaald, is de prijs van energie toch nog fors hoger dan die van vóór de oorlog.

Omvang tegemoetkoming

De omvang van de tegemoetkoming bedraagt net als in 2022 € 1.300. Gemeentes hadden al de mogelijkheid in 2023 € 500 uit te keren om de kosten van energie voor het eerste half jaar van 2023 te kunnen drukken. Als gemeentes dit gedaan hebben, kunnen ze voor 2023 dus nog € 800 fiscaalvrij uitkeren.

Speciale regeling studenten

Studenten die zowel een uitwonende beurs als een aanvullende beurs hebben, krijgen in het studiejaar 2023-2024 een eenmalige uitkering van € 400 als tegemoetkoming in de energiekosten. Deze wordt verstrekt door de DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs) en heeft de vorm van een gift.

Let op! Studenten die langer dan standaard over de studie doen en alleen nog maar een lening bij de DUO kunnen afsluiten, vallen buiten de regeling. Het kabinet gaat nog proberen ook deze groep voor de toeslag in aanmerking te laten komen.

Verhuur onroerend goed met extra diensten soms btw-belast

By nieuws

Als u onroerend goed verhuurt, is daar in beginsel geen btw over verschuldigd. Op een paar uitzonderingen na, geldt voor de verhuur van onroerend goed namelijk een btw-vrijstelling. Deze vrijstelling is mogelijk niet van toepassing als u bij de verhuur ook andere extra diensten verricht.

Btw-vrijstelling

Onroerend goed

Voor verhuur van onroerend goed geldt in beginsel een btw-vrijstelling. Dit betekent dat u geen btw mag berekenen.

Let op! Dit betekent ook dat u geen btw in aftrek kunt brengen.

Btw-belast vanwege uitzonderingen

Niet elke verhuur van onroerend goed valt echter onder de btw-vrijstelling. Zo geldt een aantal uitzonderingen. De verhuur van parkeerruimte voor voertuigen en lig- en bergplaatsen voor vaartuigen is bijvoorbeeld wel belast met btw. Hetzelfde geldt voor de verhuur van safeloketten en blijvend geïnstalleerde werktuigen en machines. Ook de verhuur van hotelkamers en vakantiehuizen aan mensen die daar kort verblijven is met btw belast.

Tip! Als sprake is van btw-belaste verhuur, kunt u ook btw in aftrek brengen.

Btw-belast vanwege keuze

Gelden deze uitzonderingen niet, dan hebben verhuurder en huurder ook nog de mogelijkheid om vrijwillig te kiezen voor btw-belaste verhuur. Dat kan niet altijd, want de huurder moet dan wel voor 90% of meer (in sommige situaties 70% of meer) recht hebben op btw-aftrek.

Let op! Voor de keuzemogelijkheid gelden nog meer voorwaarden. Overleg met onze adviseurs hierover.

Btw-belast vanwege andere diensten

Gelden de uitzonderingen niet én is een vrijwillige keuze voor btw-belaste verhuur ook niet mogelijk? Dan kan de verhuur van het onroerend goed alsnog met btw-belast zijn als u meer diensten verricht dan alleen passieve verhuur. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het houden van toezicht en beveiliging en het schoonmaken van het onroerend goed. De mogelijkheid bestaat dat dan niet langer sprake is van btw-vrijgestelde verhuur van onroerend goed, maar van een btw-belaste ruimere dienst.

Gebruik van onroerend goed niet van belang

Voor de beoordeling of sprake is van een dienst die meer omvat dan alleen passieve verhuur, is het gebruik van het onroerend goed door de huurder niet van belang, zo oordeelde de Hoge Raad. Het gaat om de diensten die verricht worden in samenhang met de verhuur en niet om de wijze waarop de huurder het onroerend goed gebruikt.

Let op! Of sprake is van btw-vrijgestelde passieve verhuur of van een btw-belaste ruimere dienst is, is sterk afhankelijk van uw specifieke situatie. Onze adviseurs kunnen u hierover nader adviseren.

Advieswijzer Zonnepanelen op uw woning 2023

By nieuws

Overweegt u om zonnepanelen op uw privéwoning te plaatsen? Dan betaalt u als particulier geen btw meer. Wat zijn de regels hieromtrent? En wat als u als ondernemer vanuit huis werkt en ook zonnepanelen wilt? Wat zijn dan de fiscale mogelijkheden? En hoe zit het met de salderingsregeling? Op deze vragen gaan we in deze Advieswijzer in.

Btw op zonnepanelen

Belastingdienst

Vanaf 1 januari 2023 geldt voor de levering en installatie van zonnepanelen op of bij een woning een btw-tarief van 0%. Hieraan zijn wel de nodige voorwaarden verbonden. De verlaging van het btw-tarief naar 0% betekent dat het voor de meeste particulieren voordeliger is om niet btw-plichtig te zijn. U kunt immers geen btw meer verrekenen, aangezien er op de aangeschafte zonnepanelen geen btw rust. Bent u wél btw-plichtig, dan moet u btw betalen over de door u zelf opgewekte en verbruikte energie én over de door u zelf opgewekte energie die u teruglevert aan uw energiebedrijf.

Wanneer 0% btw?

Het btw-tarief van 0% geldt voor niet-geïntegreerde zonnepanelen. Dit zijn zonnepanelen die niet tevens dienen als dakbedekking. Voor geïntegreerde zonnepanelen geldt het 0%-tarief op nieuwbouwwoningen, maar alleen als uitsluitend de zonnepanelen geleverd of geïnstalleerd worden. Worden zowel de zonnepanelen als de nieuwbouwwoning geleverd, dan gaan de zonnepanelen deel uitmaken van de woning en dient het normale tarief van 21% op zowel de woning als de zonnepanelen toegepast te worden.

Het 0%-tarief geldt niet alleen voor zonnepanelen op het dak van een woning, maar ook voor de levering en installatie bij een woning. Dit betekent dat het 0%-tarief ook van toepassing is als de zonnepanelen geleverd en geïnstalleerd worden op een garage of schuur bij een woning, een serre, een aan- of uitbouw of in de tuin van een woning. Verder kan het ook gaan om een vakantiewoning of een woning van een bedrijf aan huis, indien de zonnepanelen ook privé worden gebruikt. Ten slotte vallen ook zonnepanelen die een Vereniging van Eigenaren koopt voor op een appartementencomplex onder het 0%-tarief.

Hoe blijft u buiten de btw-plicht?

Zoals aangegeven, is het voor de meeste particulieren tegenwoordig voordelig om niet btw-plichtig te zijn. Fiscaal moet hierbij onderscheid worden gemaakt in twee situaties. In de eerste situatie gaat het erom dat uw jaaromzet aan energie maximaal € 1.800 bedraagt. Deze situatie is het eenvoudigst, omdat u dan fiscaal geen actie hoeft te ondernemen. U hoeft zich dus ook niet bij de Belastingdienst te melden.

Bedraagt uw jaaromzet aan energie meer dan € 1.800, maar niet meer dan € 20.000, dan kunt u gebruikmaken van de kleineondernemersregeling (KOR). Dit zal het geval zijn als het opwekvermogen van uw installatie meer is dan 15.000 Wattpiek. Ook bij de KOR brengt u geen btw in rekening en kunt u zelf ook geen btw in aftrek brengen. Particulieren die maximaal € 20.000 aan stroom opwekken, kunnen dus van de KOR gebruikmaken. Dat geldt ook voor ondernemers met een omzet – inclusief de door de zonnepanelen opgewekte stroom – van maximaal € 20.000. Als u van de KOR gebruik wilt maken, moet u zich wel aanmelden bij de Belastingdienst.

Let op! Kiest u voor toepassing van de KOR (bij een omzet tussen € 1.800 en € 20.000), dan geldt deze minimaal voor drie jaar. Bent u ondernemer en investeert u binnen deze periode, dan kunt u de op deze investeringen rustende btw dus niet terugvragen. Houd hier rekening mee.

Teruggave btw op deel van woning?

Lange tijd speelde de vraag of naast de btw op zonnepanelen ook een deel van de btw op de bouwkosten van een woning aftrekbaar zou zijn, omdat de woning nodig is voor het plaatsen van de zonnepanelen. Inmiddels is duidelijk dat aftrek van een deel van de btw op de bouwkosten van een woning over het algemeen niet mogelijk is. De Hoge Raad oordeelde namelijk dat een particulier die een woning laat bouwen deze bouwkosten hoe dan ook maakt, ook als er geen zonnepanelen op geplaatst zouden worden. De bouwkosten zijn dan niet gemaakt voor het met zonnepanelen opwekken van energie en dit tegen vergoeding terugleveren. De btw over die bouwkosten kan daarom niet in aftrek komen.

Tip! Wilt u weten of in uw geval een deel van de btw op de bouwkosten van een woning mogelijk wel aftrekbaar is? Bijvoorbeeld omdat u van mening bent dat u de bouwkosten niet ‘hoe dan ook’ zou maken? Neem dan contact met ons op. Wij kunnen samen met u bekijken wat er eventueel mogelijk is.

Zzp’ers met bedrijf aan huis

Ondernemers die vanuit huis werken, zonnepanelen op hun woning installeren en een omzet hebben van meer dan € 20.000, zijn voor de levering van de met zonnepanelen opgewekte energie btw-plichtig. Dit betekent dat ze btw moeten afdragen over de opgewekte energie die ze terugleveren aan de energiemaatschappij én over de opgewekte energie die ze zelf verbruiken. Anders dan voorheen mag het af te dragen bedrag via het forfait worden bepaald als het opwekvermogen van de zonnepanelen niet meer bedraagt dan 15.000 Wattpiek per jaar. Het gebruik van het forfait is niet verplicht. Bij een hoger opwekvermogen moet de af te dragen btw zo goed mogelijk worden berekend op basis van het verbruik.

Let op! Tot 1 januari 2023 konden ondernemers het btw-bedrag niet vaststellen aan de hand van een forfait. Vanaf 1 januari 2023 is dit wel mogelijk.

Btw-forfait

Bij gebruik van het btw-forfait is het jaarlijkse opwekvermogen van de zonnepanelen bepalend, alsmede de vraag of er sprake is van geïntegreerde of niet-geïntegreerde zonnepanelen. Het af te dragen bedrag aan btw volgt uit onderstaande tabel.

Opwekvermogen in Wattpiek per jaar Forfait niet-geïntegreerde zonnepanelen Forfait geïntegreerde zonnepanelen
0-1000  € 20 € 5
1001-2000 € 40 € 10
2001-3000 € 60 € 20
3001-4000 € 80 € 30
4001-5000 € 100 € 40
5001-6000 € 120 € 50
6001-7000 € 140 € 60
7001-8000 € 160 € 70
8001-9000 € 180 € 80
9001-10000 € 200 € 90
10001-11000 € 220 € 100
11001-12000 € 240 € 110
12001-13000 € 260 € 120
13001-14000 € 280 € 130
14001-15000 € 300 € 140

Let op! Als u gebruikmaakt van de forfaits, mag u geen btw in rekening brengen aan uw energieleverancier.

Tip! Als u subsidie heeft ontvangen voor de aanschaf van de zonnepanelen, hoeft hierover geen btw te worden afgedragen.

Invloed zonnepanelen op winst

Ondernemers kunnen de zonnepanelen op het dak van hun privéwoning tot hun bedrijfsvermogen rekenen. Dit kan als de zonnepanelen voor minstens 10% zakelijk worden gebruikt. Als de zonnepanelen tot het bedrijfsvermogen worden gerekend, kan hierop worden afgeschreven. Volgens een rechterlijke uitspraak bedraagt de afschrijvingstermijn twintig jaar.

Volgens een andere rechterlijke uitspraak kan op zonnepanelen niet apart worden afgeschreven en vormen ze geen zelfstandig bedrijfsmiddel, maar een onderdeel van het pand waarop ze worden geïnstalleerd. In deze uitspraak betrof het huurwoningen van een woningcorporatie. Deze situatie was echter zo bijzonder dat het onduidelijk is of hieruit moet worden afgeleid dat zonnepanelen altijd onderdeel van een gebouw uitmaken.

Worden zonnepanelen tot het bedrijfsvermogen gerekend, dan behoren de opbrengst van de energie en de energie die privé wordt verbruikt tot de winst. Dit zal zo goed mogelijk moeten worden geschat. Een andere optie kan zijn de zakelijk verbruikte energie door middel van aparte meters bij te houden.

Behalve dat op de zonnepanelen kan worden afgeschreven, komen ze ook in aanmerking voor de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek. Daarnaast kan op zonnepanelen – als ze in 2023 worden aangeschaft – eenmalig versneld worden afgeschreven tot een maximum van 50%. Het restant van de aanschafprijs dient dan in de resterende negentien jaar te worden afgeschreven.

Het bovenstaande betekent dat u bij een investering in zonnepanelen vooraf zo goed mogelijk moet berekenen of u de zonnepanelen al dan niet tot uw ondernemingsvermogen gaat rekenen. Het voordeel is dat u op de zonnepanelen kunt afschrijven, kunt profiteren van de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek en van de faciliteit inzake versneld afschrijven. Het nadeel is dat u de energieopbrengst die u niet zakelijk verbruikt tot de winst moet rekenen. Het zal van de omstandigheden afhangen of dit voor- of nadelig voor u uitpakt. Raadpleeg hierover bij twijfel uw adviseur.

Invloed zonnepanelen op WOZ-waarde

De rechter heeft eerder beslist dat door het plaatsen van zonnepanelen de WOZ-waarde van uw pand kan toenemen. Dit betekent onder meer dat u als eigenaar een hogere aanslag OZB kunt krijgen en een hoger eigenwoningforfait moet opgeven bij de aangifte inkomstenbelasting als u over een eigen woning beschikt. Het maakt niet uit of u geïntegreerde of niet-geïntegreerde zonnepanelen heeft geplaatst. Ook het feit dat u de zonnepanelen weer kunt demonteren bij verhuizing is niet van belang. In de praktijk blijken voor de bepaling van de WOZ-waarde echter niet alle gemeentes rekening te houden met het al dan niet aanwezig zijn van zonnepanelen.

Zonnepanelen aangeschaft vóór 2023

Heeft u als particulier of als ondernemer uw zonnepanelen aangeschaft vóór 2023, dan is hierover 21% btw gerekend. Deze btw heeft u als particulier en als ondernemer terug kunnen vragen. U moest daartoe binnen zes maanden na het jaar van aanschaf het formulier Opgaaf zonnepaneelhouders naar de Belastingdienst zenden. Heeft u in 2022 zonnepanelen gekocht, dan moest u dit formulier dus vóór 1 juli 2023 inzenden. Na deze periode kunt u nog vijf jaar na afloop van het kalenderjaar waarin de zonnepanelen zijn gekocht, het formulier inzenden. De btw-aangifte die u daarna doet, wordt aangemerkt als een ‘ambtshalve’ teruggaveverzoek voor de btw. Wordt dit afgewezen, dan kunt u daarover niet inhoudelijk in beroep bij de rechter.

Als de zonnepanelen tot een (huwelijks)goederengemeenschap behoren, kan alleen de persoon die op de energienota staat vermeld zich aanmelden als btw-ondernemer. De factuur van de zonnepanelen moet dan ook op naam van deze persoon staan. Als de zonnepanelen niet tot een goederengemeenschap behoren, kan alleen degene die de zonnepanelen aanschaft zich aanmelden als btw-ondernemer. Ook in dit geval moet het energiecontract op naam van deze persoon zijn afgesloten. Dit is althans de werkwijze die de Belastingdienst strikt hanteert. De rechter heeft zich hierover voor zover ons bekend nog niet uitgelaten. Zou deze kwestie aan de rechter worden voorgelegd, dan zou de uitleg wel eens ruimer kunnen zijn. Maar als u nog kunt sturen op de tenaamstelling, dan is het veiliger om de werkwijze van de Belastingdienst aan te houden.

KOR

Bent u aangemeld als ondernemer, dan moet u over de energieopbrengst btw afdragen. U kunt hieraan ontkomen door na het jaar van aanschaf te kiezen voor de KOR, de kleineondernemersregeling. Dit kan echter alleen als uw jaaromzet niet meer dan € 20.000 bedraagt. Daarom zal het voor veel zzp’ers niet mogelijk zijn om voor de KOR te kiezen.

Salderingsregeling

Nederland kent de zogenaamde salderingsregeling. Hierbij wordt de door u geleverde stroom verrekend met de door u afgenomen stroom. Ook in het geval van saldering is echter sprake van een vergoeding voor de door u geleverde stroom. Zelfs indien u meer stroom verbruikt dan u levert, bent u in principe ook gewoon btw-ondernemer. In de praktijk zullen er immers altijd momenten zijn dat u meer stroom opwekt dan u op dat moment verbruikt. Het maakt overigens niet uit of u een zogenaamde slimme meter heeft of niet. Voor alle meters geldt een vergoeding.

Afbouw salderingsregeling

De salderingsregeling zou vanaf 2023 geleidelijk worden afgebouwd. Het kabinet heeft echter aangekondigd deze afbouw pas in 2025 te willen starten. In 2025 vindt dan wel een eenmalige versnelde afbouw plaats. Door de afbouw ontvangt u straks over een deel van de door u teruggeleverde elektriciteit een lagere vergoeding dan u betaalt over de door u afgenomen elektriciteit. Vanaf 2031 geldt dat voor alle teruggeleverde elektriciteit.

Let op! Deze plannen zijn nog niet door de Eerste Kamer aangenomen en staan dus nog niet vast.

Disclaimer
Hoewel bij de samenstelling van deze Advieswijzer de uiterste zorg is nagestreefd, wordt geen aansprakelijkheid aanvaard voor onvolledigheden of onjuistheden. Vanwege het brede en algemene karakter van de Advieswijzer, is deze niet bedoeld om alle informatie te verschaffen die noodzakelijk is voor het nemen van financiële beslissingen.

De fiscale kant van een verfrissing voor uw personeel

By nieuws

Nederland heeft weer te maken met zomerse temperaturen. Hoe zit het fiscaal als u uw personeel daarom op een verfrissinkje trakteert? Wat is voor u de voordeligste route?

Verfrissinkje belastingvrij?

Rekenen

Alle voordelen uit dienstbetrekking zijn voor uw personeel in beginsel belast. Een verfrissinkje op de werkvloer, zoals een colaatje, biertje of ijsje, is belastingvrij als u deze uitdeelt of verstrekt.

Een vergoeding hiervoor, dus een financieel extraatje, is in principe belast.

Begrip werkvloer

Het begrip ‘werkvloer’ is fiscaal erg ruim. Alle ruimtes waar u als werkgever volgens de Arbowet verantwoordelijk voor bent, behoren ertoe. Een ijsje of een koel drankje op kantoor, in het magazijn of de werkplaats, is dus onbelast.

Niet op de werkvloer, toch onbelast?

Gaat u met uw werknemers bijvoorbeeld een ijsje eten in de ijssalon tegenover uw bedrijf, dan is dit niet op de werkvloer en is het ijsje in beginsel dus wel belast. U kunt dit voorkomen door het ijsje onder te brengen in de werkkostenregeling (WKR). Het ijsje blijft dan voor uw werknemers onbelast.

Blijft u met al uw vergoedingen en verstrekkingen dit jaar binnen de zogenaamde vrije ruimte van de WKR, dan betaalt u als werkgever ook geen belasting. 

Let op! Schiet u over de vrije ruimte heen, dan betaalt u 80% belasting over het bedrag boven de vrije ruimte.

Aftrekbaar van de winst?

De kosten van een onbelast drankje of ijsje zijn slechts beperkt aftrekbaar van uw winst. Voor ondernemers in de inkomstenbelasting is dit in beginsel voor 80%, voor ondernemingen in de vennootschapsbelasting in beginsel voor 73,5%. 

Of kiest u voor een vast bedrag?

Maakt u veel kosten die maar deels aftrekbaar zijn, dan kunt u er ook voor kiezen een vast bedrag van € 5.100 niet ten laste van de winst te brengen. Ondernemers in de vennootschapsbelasting moeten uitgaan van een vast bedrag dat gelijk is aan 0,4% van de loonsom als dit meer is dan genoemde € 5.100. Dit is het geval bij een loonsom boven de € 1.275.000.

Met de ene of andere zakelijke auto op vakantie?

By nieuws

Veel Nederlanders gaan met de auto op vakantie. Daarvoor wordt soms de auto van de zaak gebruikt. Als deze minder geschikt is, wordt soms ook wel eens een andere auto van de zaak gebruikt voor die vakantie. Waar moet u in beide situaties op letten?

Vakantie is privégebruik

Auto

Het gebruik van de auto van de zaak tijdens de vakantie wordt aangemerkt als privégebruik. Wilt u met de auto van de zaak vanwege de bijtelling niet meer dan 500 km per jaar privé rijden, dan is gebruik voor de vakantie dus nauwelijks mogelijk. Een optie is dan een auto in privé te huren of alternatief vervoer te regelen. 

Kosten vergoeden

Beschikt u over een auto van de zaak, dan kunnen alle autokosten belastingvrij vergoed worden door de werkgever, ook tijdens de vakantie. Denk aan tolgelden, reparaties onderweg en getankte brandstof.

Bijtelling bij gebruik vakantieauto

Gebruikt u uw ‘gewone’ auto van de zaak niet of nauwelijks privé? En gebruikt u een andere auto van de zaak voor een vakantie, dan geldt toch voor beide auto’s tijdevenredig de bijtelling als met beide auto’s samen meer dan 500 km privé gereden wordt. Ook als de ‘gewone’ zakelijke auto tijdens de vakantie niet aan u ter beschikking staat! In dit laatste geval wordt de bijtelling voor de gewone auto dan alleen niet over de vakantieperiode berekend.

Voorbeeld

Aan u staat het hele jaar, behalve in juli, een niet-elektrische auto ter beschikking met een catalogusprijs van € 40.000. U gebruikt deze niet privé. In juli staat een niet-elektrische auto ter beschikking met een catalogusprijs van € 30.000. U gebruikt deze voor de vakantie in juli 1.800 km privé.
Bijtelling auto 1: € 40.000 x 22% x 11/12 = € 8.068
Bijtelling auto 2: € 30.000 x 22% x 1/12 = € 550
Totale bijtelling € 8.068 + € 550 = € 8.618 

Alleen vakantieauto

Heeft u normaal gesproken niet de beschikking over een auto van de zaak, maar is uw werkgever zo vriendelijk u voor gebruik tijdens uw vakantie een auto ter beschikking te stellen, dan geldt de bijtelling alleen voor de vakantieperiode. Alleen dan staat aan u namelijk een auto ter beschikking.

Voorbeeld

Aan u wordt alleen in de maand juli een niet-elektrische auto van de zaak ter beschikking gesteld die u kunt gebruiken voor de vakantie. Bij een catalogusprijs van € 40.000 bedraagt de bijtelling dan € 40.000 x 22% x 1/12 = € 733.

Let op! bij veel privégebruik tijdens de vakantieperiode kan de inspecteur zich op het standpunt stellen dat een hogere bijtelling toegepast moet worden vanwege ‘excessief privégebruik’.

Zelf machtiging adviseur intrekken bij Belastingdienst

By nieuws

Heeft u een belastingadviseur of een andere derde gemachtigd om namens u digitale gegevens te ontvangen via de Belastingdienst, dan kunt u vanaf nu zelf deze machtiging ook weer intrekken. U moet hiervoor met gebruik van DigiD inloggen bij Logius.

Machtiging

Typen

Als u een derde uw belastingaangifte laat verzorgen, hebben zij via de Belastingdienst gegevens van u nodig. De Belastingdienst verstrekt aan derden deze gegevens alleen met uw toestemming.

Particulieren en ondernemers

De machtigingen van particulieren en ondernemers zijn geregistreerd onder hun Burgerservicenummer (BSN). Degene die uw aangiftes verzorgt, staat geregistreerd onder zijn inschrijving bij de KVK. 

Door met behulp van DigiD in te loggen bij Logius, kunnen particulieren en ondernemers inzien aan wie zij een machtiging hebben verleend. Desgewenst kunnen zijn deze machtiging ook zelf weer intrekken.

Logius en Digipoort

Digipoort is een digitaal kanaal van de overheid waarmee berichten via een beveiligde weg worden verstuurd. De hiervoor verantwoordelijke organisatie Logius dient te zorgen voor een vlekkeloze werking. Ook het machtigingenregister valt onder de verantwoordelijkheid van Logius.

Organisaties nog niet

De machtigingen die organisaties aan derden hebben afgegeven, staan geregistreerd onder hun RSIN-nummer (Rechtspersonen en Samenwerkingsverbanden Informatienummer). De gemachtigde is bekend onder zijn inschrijving bij de KVK. Organisaties en gemachtigden kunnen op korte termijn eveneens zelf een machtiging inzien of intrekken.

Loonkostensubsidieregeling aangepast per 1 juli 2023

By nieuws

Per 1 juli 2023 is de loonkostensubsidieregeling op een aantal punten gewijzigd. De voorwaarden zijn versoepeld en de beslissingstermijn na aanvraag is verkort. De wijzigingen hebben als doel om het voor u als werkgever aantrekkelijker te maken om een werknemer met een beperking in dienst te nemen.

Loonkostensubsidie bij minder productie

Portemonnee

Voor werknemers die als gevolg van een beperking ten opzichte van een medewerker zonder beperking minder productief zijn, kunt u onder bepaalde voorwaarden een loonkostensubsidie krijgen. Deze subsidie compenseert het verschil tussen de loonwaarde van een werknemer en het minimumloon, met als maximum 70% van het minimumloon. 

Aanvragen kan nu ook na start dienstverband

Per 1 juli van dit jaar kunt u de loonkostensubsidie tot zes maanden na de start van het dienstverband aanvragen. Dit kon eerst alleen voor werknemers van wie het dienstverband nog niet gestart was. 

Voorwaarde hiervoor is dat de werknemer voorafgaand aan het dienstverband praktijkonderwijs,  voortgezet speciaal onderwijs of een mbo-opleiding niveau 1 heeft gevolgd.

Gemeente moet nu binnen vijf weken beslissen

U dient de aanvraag voor loonkostensubsidie in bij de gemeente waar de werknemer staat ingeschreven. De gemeente moet binnen vijf weken na vaststelling van de loonwaarde (of een beslissing dat een loonwaardemeting achterwege kan blijven) een beschikking afgeven over de aanvraag.